Het is verrekte duur om hier een Nationaal Park in te mogen als buitenlander. Tachtig dollar per dag en dan moet je nog vervoer zien te regelen, want fietsen in een park waar neushoorns, buffels en leeuwen rondwandelen is simpelweg niet zo’n goed idee.
Maar ik heb geluk: in mijn hotel in Nakuru loop ik twee heren tegen het lijf die een dure lodge in het Lake Nakuru National Park aan het bouwen zijn. Als ik wil, mag ik best een dagje mee in hun Landrover.
Anil, een in Congo geboren Indiër die is opgegroeid in België en nu in Tanzania woont, heeft een familiebedrijf dat zeven dure lodges in natuurparken bezit. Engelsman Ian, voormalig piloot en fotograaf, ontwerpt en managet dure hotels. De mannen bouwen al twintig jaar samen vijf sterren hotels waar het de gasten aan niets mag ontbreken.
De mannen kennen elkaar door en door en kibbelen de hele dag als een lang getrouwd koppel:
Anil: “Did you remember to fetch the roasted chicken for lunch?”
Ian: “Does a camel shit?
Anil: “I am talking about food here!”
Ian: “And I am saying: does a camel shit?”
Nou ja, goed gezelschap dus voor een rondje door het park.
“Does a camel shit?” Die houd ik erin als reactie op domme studentenvragen.
Haha, goed plan. En dan maar zien of ze het begrijpen… 🙂