Zondag, Pikin Saron – Republiek
Mevrouw Gerda wilde gisterenavond mijn voeten controleren op sika’s, dat zijn de zandvlooien waar ik al eerder voor gewaarschuwd was. De vrouwtjes houden zich schuil in het savannezand en boren zich graag een weg in de huid van je voetzolen om daar hun eitjes te leggen. De eitjes groeien daar dan rustig uit tot larfjes. Het schijnt enorm te jeuken. Als de zweer groot genoeg is, kan je met een naald proberen om de eitjes er uit te lepelen.
Liever voorkomen dan genezen dus.
Na mijn confrontatie met de dronken basha moest ik gisterenavond op zoek naar een wat meer aangename slaapplaats. Ik had niet veel tijd voordat het donker werd en ben te raadde gegaan bij een groepje mannen dat voor de supermarkt hing. Drie van hen waren zelf nogal onder invloed, maar één man keek helder uit zijn ogen. Meneer Pijper, zo stelde hij zich voor.
Meneer Pijper verwees me eerst naar de basha, maar knikte begrijpend toen ik zei dat de basha iets te veel bier op had om gasten te ontvangen. ‘Ik zou zeggen dat u naar de kapitein moest gaan, maar helaas is de kapitein momenteel in de stad’, zei hij plechtig. Hij zweeg even en vulde toen aan: ‘maar de moeder van de kapitein kan u misschien wel helpen.’