“Ik ben zelf ook een sportman – atletiek”, zegt de man terwijl hij mijn fiets inspecteert. Hij draagt een oogverblindend wit overhemd, jeans en cowboylaarzen.
“Echt waar? Op welk niveau? Nationaal?”, vraag ik.
“Nou, nee, eerder internationaal. In 2008 won ik goud op de Olympische Spelen in Beijing. Op de 800 meter. Wilfred Bungei is de naam. Als je wilt, kan je wel een handtekening krijgen…”
Het is zondagochtend. Ik heb net urenlang bergop geploeterd: vanuit het Kakamega Forest richtig Kapsabet. Hoewel de weg er heus niet altijd even stijl is, kom ik nauwelijks vooruit. Het is vochtig en bewolkt, de eerste keer dat ik dat hier meemaak. Mannen op brommers hebben hun dikke winterjassen aangetrokken en mutsen opgezet. Maar ik zweet als een otter.
Ik ben al tien kilometer lang op zoek naar een plasplek, maar telkens als ik een rustig plekje gevonden denk te hebben, duikt er wel weer iemand op uit de bosjes: een groepje kinderen, een vrouw die met een jerrycan water sjouwt, een man met een machete of een groepje nonnen, behangen met kerstslingers, zingend en trommelend op weg naar de kerk.
Dus als ik in het stadje Kabsabet aankom en bij een hotel een bord zie met daarop de tekst: ‘Toilet, Dames’ stop ik gelijk.
Maar ik heb mijn fiets nog niet geparkeerd of ik word dus begroet door Wilfred Bungei, hardloper, Olympisch kampioen en restauranteigenaar. Dat Kenia bekend staat om zijn hardlopers wist ik wel, maar dat ik op een zondagochtend een topsporter tegen het lijf zou lopen had ik niet direct verwacht. Wilfred nodigt me uit voor een drankje in zijn splinternieuwe restaurant, in een prieeltje met uitzicht op de omliggende heuvels. De ochtendnevel hangt nog in het dal.
Wilfred vertelt dat hij een punt zette achter zijn sportcarrière, toen hij in 2010 een peesontsteking kreeg. Hij was het eigenlijk ook wel een beetje beu, al dat op en neer gereis over de hele wereld, van luchthaven naar luchthaven, van hotel naar hotel. Hij geeft nog wel motiverende speeches, vooral voor zakenlieden. Vorige week nog, voor de managers van Microsoft Afrika. En regelmatig geeft hij in de tv-studio’s in Nairobi commentaar bij atletiekwedstrijden. Maar verder houdt hij zich niet meer zo bezig met de sport. Al rent hij nog wel eens een stukje om fit te blijven.
Ik vertel Wilfred mijn sportieve prestatie vandaag te wensen overlaat. Wilfred is niet verbaasd. “Weet je wel dat we hier al op 2100 meter hoogte zitten? Dat neemt wat tijd voordat je daaraan gewend bent. Telkens als ik terug naar Kenia kwam na maanden lang in Italië getraind te hebben, liep ik de eerste dagen wel dertig seconden langzamer op de 500 meter. Dertig seconden, moet je nagaan!”
Ik ben gerust gesteld. Als zelfs een Olympisch Kampioen last heeft van de hoogte, dan hoef ik me verder niet te schamen voor mijn traagheid. En ik snap meteen waarom Wilfred gevraagd wordt voor het geven van peptalks. Hij is er goed in.
En die handtekening? Die krijg ik ook, met foto en wel.
He Saar, wat leuk dat je zomaar een van Kenia’s beroemde hardlopers tegenkomt! Kenia bevalt goed zo te horen. Geniet ervan!
Liefs Iris en Luc